Dat banken ook failliet kunnen gaan, hoeven we je – denken we – niet uit te leggen. De vraag is eerder wat er dan met je geld gebeurt. Daarvoor is het zogenoemde depositogarantiestelsel in het leven geroepen, waardoor je saldo tot en met het bedrag van €100.000 is verzekerd.
Mits de bank in kwestie ook daadwerkelijk onder het depositogarantiestelsel valt. Daarvoor moet het zijn aangesloten bij het Nederlandse Depositogarantiestelsel. Banken die dit zijn, staan eveneens vermeld in het Wft-register.
Dekking
Met het depositogarantiestelsel ben je als klant dus verzekerd van in ieder geval €100.000, mocht de bank onverhoopt omvallen. Aanvullend bestaan er ook nog garanties voor deposito’s die samenvallen met de aan- of verkoop van een woning. Je kunt in dat geval, tot drie maanden na de storting, een bedrag van maximaal €500.000 terugkrijgen.
Handelsnamen
Een nadeel van het depositogarantiestelsel is dat je ook te maken kunt krijgen met een fenomeen genaamd bankvergunningen. Sommige banken vallen namelijk onder dezelfde vergunning. Deze instanties tellen voor het garantiestelsel als één bank. Dat zijn SNS Bank, ASN Bank en Regiobank, zij vallen alle drie onder de bankvergunning van Volksbank.
Ter illustratie: wie op bankrekeningen van twee verschillende banken een ton heeft staan, krijgt maar één keer €100.000 terug wanneer deze banken failliet gaan en onder dezelfde bankvergunning opereren. Het loont daarom altijd om – als je veel geld – dit te spreiden over meerdere rekeningen van banken die niet onder dezelfde vergunning opereren. Je loopt dan het minste kans om je geld kwijt te raken.
Toegankelijkheid
Het depositogarantiestelsel is toegankelijk voor alle rekeninghouders, zowel meerder- als minderjarigen (laatstgenoemden moeten worden bijgestaan door een vertegenwoordiger). Het stelsel werkt daarnaast ook voor eenmanszaken, stichtingen, besloten vennootschappen (bv’s) en andere rechtspersonen, maar weer niet voor beleggingsondernemingen, kredietunies en overheden.